Staatsbosbeheer: voorzorgsbeginsel blijft van kracht

21-11-2019 Staatsbosbeheer: voorzorgsbeginsel blijft van kracht

Donderdag 21 november 2019 vond het jaarlijkse overleg plaats tussen Staatsbosbeheer en de NBV.
Op de agenda stond naast het algemeen gebruik van natuurgebieden, specifiek de situatie in de Biesbosch.

 

Solitaire bijen zijn steeds vaker afhankelijk van kleine leefgebieden, doordat verbindingszones tussen natuurgebieden ontbreken. Het verschralende landschap vergroot de aantrekkelijkheid van natuurgebieden voor imkers.Tegelijkertijd laten wetenschappelijk onderzoeken zien dat er in bepaalde situaties concurrentie kan optreden tussen honingbijen en andere bestuivende insecten. De hoofdtaak van Staatsbosbeheer blijft het beschermen van inheemse flora en fauna. Op basis hiervan laat Staatsbosbeheer wel imkers toe in de gebieden, maar blijft bij het vaststellen van het aantal toe te laten kasten, aan de veilige kant. Toegang tot de natuurgebieden dient plaatselijk, in overleg met lokale beheerders, te worden geregeld.

 

In de Biesbosch zijn dit jaar door Staatsbosbeheer een beperkt aantal vergunningen aan imkers verstrekt (zowel tijdens de vroege wilgendracht, alsook tijdens de balsemiendracht in het najaar). Het blijkt echter dat het gebied voor veel grotere aantallen bijenvolken (balsemien)dracht biedt. Of de aantallen geplaatste honingbijen potentieel schadelijk zijn voor de inheemse bijensoorten zal nader moeten worden onderzocht. Hiervoor is het onder andere belangrijk om vast te stellen of (en zo ja, wanneer) de honingbijen naast de dracht van de uitheemse balsemien ook op andere planten foerageren. Het te vroeg of te lang plaatsen van bijenvolken zou het foerageren op andere planten bijvoorbeeld in de hand kunnen werken. 

We benadrukten de welwillendheid van imkers om rekening te houden en op basis van kennis goed te kunnen handelen ten opzichte van de beschikbare dracht en de aanwezige overige bestuivers. Daarbij deelden we de behoefte en de stappen die inmiddels gezet zijn om via wetenschappelijk onderzoek een beter beeld te krijgen van de Nederlandse situatie rond bestuivende insecten en drachtgebieden. De situatie rond de Biesbosch zal daarbij zo spoedig mogelijk in kaart worden gebracht. Staatsbosbeheer steunt de insteek van de vereniging van harte, om met wetenschappelijk onderzoek tot meer gefundeerde normen te kunnen komen. 

« terug naar het overzicht